Jan ten Kinckhuis1
M, #4796, + n 1677
Jan ten Kinckhuis trouwde met Josina ten Cate.1 Hij overleed n 1677, want hij leent geld.1
De schoolmeester en een Jan ten Kinckhuis worden vermeld in de lijst van armen in 1683 (#53). Mogelijk is de tweede Jan ten Kinckhuis. Jan wordt niet vermeld in de 1682 lijst.
Gerechtszaken:
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Stadsgericht, Almelo, 15 juni 1675:
Stadsgericht, Almelo, 20 okt 1677:
De schoolmeester en een Jan ten Kinckhuis worden vermeld in de lijst van armen in 1683 (#53). Mogelijk is de tweede Jan ten Kinckhuis. Jan wordt niet vermeld in de 1682 lijst.
Gerechtszaken:
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Joost Wijnties als boedelhouder over de boedel van Jan ten Kinckhuis, mede namens zijn huisvrouw Jacomina then Oosterhof transporteerden aan Engbert Lucas, en zijn huisvrouw Willemken Welij, het halve huis van Jan ten Kinckhuis en zijn huisvrouw Josina ten Cate, gelegen tussen de Colck en het halve huis van Jan Bruijns.2
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Joost Wijnties als boedelhouder over de boedel van Jan ten Kinckhuis, mede namens zijn huisvrouw Jacomina then Oosterhof transporteerden aan Jan Bruijns, en zijn huisvrouw, het halve huis van Jan ten Kinckhuis en zijn huisvrouw Josina ten Cate, gelegen naast het halve huis van Engbert Lucas, achter aan de Schutten Colck, uitgezonderd de kamer achter het huis van Jan Bruijns.3
Stadsgericht, Almelo, 11 mei 1670:
Joost Wijnties als boedelhouder over de boedel van Jan ten Kinckhuis, mede namens zijn huisvrouw Jacomina then Oosterhof transporteerden aan Roelf Palten, en zijn huisvrouw Geertien Lamberts, het huis van Jan ten Kinckhuis en zijn huisvrouw Josina ten Cate, gelegen tussen het huis van Burgemeester Hendrick Schuijtemaacker en dat van Jan Bruijns.4
Stadsgericht, Almelo, 15 juni 1675:
Hendrik van Rechteren, richter te Almelo, namens zijn principaal, Zeger van Rechteren, Heer van Almelo en Vriezenveen, verklaart dat deze aan Jan ten Kinckhuis had toegestaan om de Bleijke tegenover zijn huis uit te breiden tot aan de Schutten Colck, mits de Heer van Almelo de grond in eigendom houdt, om de grond tot vissen te gebruiken, vanaf de buitenste stijl van de stal van Hendrick Schuijtemaacker tot aan de straat van de richter, met die bepaling dat deze grond noch door Kinckhorst noch door iemand anders bebouwd mag worden.5
Stadsgericht, Almelo, 20 okt 1677:
Jan ten Kinckhuis, en zijn huisvrouw Josina ten Cate namen een hypotheek op bij Derk Roelofs, en zijn huisvrouw Trijntien Bruins en erfgenamen, met als onderpand hun huis, naast het huis van Berent Tusvelt en tegenover dat van Bartold Gerrijts.1