Almelo Gezinsreconstructies

     Aleida Swam trouwde met Jan la Cardel/Lakander (Hij was Hij was overleden voor 1752.)^1,2 Zij overleed n 1764, want zij maakt een testament.²

Andere informatie:
Zij woonde in 1752 in Amsterdam.¹ Zij werd vermeld in het testament van Johanna Swam op 3 nov 1752.¹ Zij werd vermeld in het testament van Hendrik Swam op 29 dec 1736.³
Alida Swam maakte op 7 mei 1764 een testament op. Haar momber was Dr. Elias Dull. Zij benoemt tot universeel erfgenaam haar neef Gerrit Swam en zijn huisvrouw Gesina Oonk, zoon van haar broer Hermanus Swam. Zij legateert aan het zoontje van bovengenoemde Gerrit, genaamd Hendrik Swam, een stukje land op de Baaken. Zij legateert aan haar nicht Johanna Swam, thans wonend te Amsterdam, haar bed met toebehoren, en aan diens zuster Swaantje Swam, ook wonend in Amsterdam, enkele lijfgoederen en een gedeelte van het huisraad. Voorts aan haar nichten Mietje Soetekoek en Rijka Soetekoek, beiden wonende te Amsterdam, enkele lijfgoederen. Aan haar nicht Anna Swam, wonend te Schüttorf, een Bijbel met zilveren beslag, die testatrice van haar moeder heeft geërft, lijfgoederen, en een gedeelte van de inboedel. Aan haar nicht Johanna Swam, wonend te Gronau, de Bijbel met zilveren beslag, waarin de naam van testatrice is geschreven, lijfgoederen en inboedel. Aan haar nicht Elisabeth Swam, zuster van voornoemde Johanna Swam, wonend te Neuenhaus, enkele lijfgoederen. Zij legateert aan Gerhardus Swam te Almelo, een gedeelte van de inboedel, en aan diens dochter Rijka Swam, thans wonend te Amsterdam, een Bijbel en lijfgoederen. Aan haar dienstmeid rouwkleding en een vierde deel van haar jaarloon. Zij benoemt Warner Hobers en Jan Selhorst tot executeuren van haar nalatenschap.²